Melkziekte koe

Melkziekte koe, ook wel kalfziekte of hypocalcemie, is een ernstige metabole stoornis die vooral bij melkvee gezien wordt aan het eind van de droogstand, tijdens of na het kalven.

Preventie van melkziekte bij koeien

Het droogstandsrantsoen staat centraal in de preventie van melkziekte.

  • Calcium
    Slechts 20 tot 30 g calcium per dag is noodzakelijk tijdens deze periode. De fysiologische processen die een rol spelen in het calciummetabolisme moeten gewend raken aan een laag calcium gehalte om er zuinig mee te leren omspringen en om de metabolieten die zorgen voor calcium vrijstelling uit het bot wakker te houden en de aanmaak ervan te stimuleren. We spreken dan over parathormoon en vitamine D3.
  • Magnesium
    Naast een laag calcium gehalte in het rantsoen is een hoog magnesium gehalte noodzakelijk. Magnesium zorgt voor de activering van parathormoon en bevordert de opname van calcium in de darm en de afgifte vanuit het bot. Beschikbaar magnesium is er niet in het lichaam aanwezig dus dit moet gebeuren via het aangeleverde voeder. De meeste ruwvoeders zijn arm aan magnesium en een hoog gehalte aan kalium en ruw eiwit verdringt ook deze opname. Toevoeging via droogstandsmineralen is dus noodzakelijk en een stap in de goede richting om melkziekte bij koeien te voorkomen.
  • Kation-anion balans
    Een derde belangrijk punt in het droogstandsrantsoen en de preventie van melkziekte is de kation-anion balans. Het geheel van positieve ionen (natrium en kalium) en negatieve ionen (chloor en zwavel) bepalen de zuurtegraad van het bloed. Een lagere zuurtegraad zorgt voor een betere werking van het parathormoon en het makkelijker vrijkomen van calcium uit het bot. Via het gebruik van anionische zouten in het laatste deel van de droogstand kan ervoor worden gezorgd dat de kation-anion balans wordt verlaagd.